Informasie oor die woord vertrouwd (Nederlands → Esperanto: fidinda)

Sinonieme: betrouwbaar, bonafide, te vertrouwen

Woordsoortbyvoeglike naamwoord
Uitspraak/vərˈtrɑu̯t/
Afbrekingver·trouwd

Verbuiging

Predikatief
AttributiefOnbepaaldManlike en vroulike meervoudvertrouwde
Onsydige enkelvoudvertrouwd
Meervoudvertrouwde
Bepaaldvertrouwde
Partitiefvertrouwds

Voorbeelde van gebruik

Het kwam me vreemd voor dat tenminste de oude Gregory zijn meester verlaten zou hebben zonder dit aan een vertrouwde vriend als ik was te vertellen.

Vertalinge

Afrikaansbetroubaar
Deenspålidelig
Duitsvertrauenswert; zuverlässig; verläßlich; vertrauenswürdig
Engelsreliable; trustworthy
Esperantofidinda
Faroëesálítandi
Franssûr
Noorspålitelig
Portugeesfidedigno; seguro
Saterfriesäffen; apgjucht; fertrjouenswäid
Spaansde confianza; digno de confianza; fidedigno
Sweedspålitlig; tillförlitlig
Tsjeggieshodnověrný; spolehlivý
Yslandsáreiðanlegur; traustur