Informasie oor die woord vies (Nederlands → Esperanto: malbona)

Sinonieme: beroerd, euvel, kwalijk, slecht, verkeerd

Woordsoortbyvoeglike naamwoord
Uitspraak/vis/
Afbrekingvies

Trappe van vergelyking

Stellende trapvies
Vergrotende trapviezer
Oortreffende trapmeest vies

Verbuiging

 Stellende trapVergrotende trapOortreffende trap
Predikatiefviesviezer(het) meest vies, (het) meest viese
AttributiefOnbepaaldManlike en vroulike meervoudviezeviezeremeest vieze
Onsydige enkelvoudviesviezermeest vies
Meervoudviezeviezeremeest vieze
Bepaaldviezeviezeremeest vieze
Partitiefviesviezers 

Voorbeelde van gebruik

Het was tien voor half vijf in de ochtend toen ik wakker werd met een vieze smaak in mijn mond.

Vertalinge

Afrikaanssleg
Albanieskeq; qek
Deensdårlig; ilde; ond; slet
Duitsböse; schlecht; übel; schlimm
Engelsbad; nasty
Engels (Ou Engels)yfel
Esperantomalbona; mava
Faroëesringur
Finshuono; paha
Fransmal; mauvais; méchant
Grieksάσχημος; κακός
Hawaiïeskohole; maikaʻiʻole; ʻino
Hongaarsrossz
Italiaanscattivo
Jiddisjשלעכט
Kabiliesdiri‐t
Latynmalus; phaulius
Luxemburgsschlecht
Maleisburuk; teruk
Noorsvond; ille; dårlig
Papiamentsmalo; malu; mal
Poolszły
Portugeesmau; ruim
Roemeensrău
Russiesплохой
Saterfriesdul; ferduld; gräl; läip; lälk; näielk; niedich; oolk; sljucht
Skots-Gaeliesdona; droch; olc
Spaansmal; malo
Sranankway; ogri
Swahili‐baya
Sweedsarg; dålig; ful; illa; ond; slätt; stygg
Thaiไม่ดี; เลว
Tsjeggiesšpatný; zlý
Turksfena; kötü
Walliesdrwg
Wes‐Friesmin
Yslandsillur; slæmur; vondur