Informasie oor die woord juist (Nederlands → Esperanto: ĵus)

Sinonieme: daareven, daarnet, daarstraks, net, pas, straks, zoëven, zojuist, zonet, temee, zopas

Woordsoortbywoord
Uitspraak/jœy̯̯st/
Afbrekingjuist

Voorbeelde van gebruik

Juist waren onze glazen weer gevuld toen er op straat een hels kabaal hoorbaar werd.
De man die juist was binnengekomen, was inderdaad groot.
Hij had juist zijn laatste manuscript afgeleverd en zijn contract met Ziggy was afgelopen.

Vertalinge

Afrikaansnou net
Duitseben; gerade; just; soeben
Engelsjust
Esperantoĵus
Faroëesbeint nú; nýliga
Finsjuuri
Fransà l’instant; justement; tout à l’heure
Katalaanssuara; tot just
Maleistadi
Papiamentshustamente
Poolsdopiero co; przed chwilą
Portugeesagora mesmo; neste instante
Saterfriesjuust ieuwen
Spaansahora mismo; hace un momento; recién
Sweedsjust; nyss
Thaiเมื่อกี้นี้; เพิ่ง; พึ่ง
Wes‐Friesjust; krektsa; niis; niiskrekt; nyskes; strak; sakrekt