Informasie oor die woord prins (Nederlands → Esperanto: princo)

Sinoniem: vorst

Woordsoortselfstandige naamwoord
Uitspraak/prɪns/
Afbrekingprins
Geslagmanlik
Meervoudprinsen

Verkleinwoord
EnkelvoudMeervoud
prinsjeprinsjes

Voorbeelde van gebruik

Na meerdere politieke schandalen in de laatste jaren heeft prins Albert II, de vorst van het land, vorig jaar de banden met een aantal van zijn naaste medewerkers verbroken.
Bij deze pogingen was de prins zo vriendelijk mij bij te staan, al vrees ik dat mijn gevraag hem vermoeid moet hebben.

Vertalinge

Afrikaansprins
Deensprins
DuitsFürst; Prinz
Engelsprince
Engels (Ou Engels)ealdor; æþeling; dryhten
Esperantoprinco
Fransprince
Katalaanspríncep
LuxemburgsPrënz
Nederduitsprins
Poolsksiążę
Portugeespríncipe
SaterfriesFürst; Prins
Spaanspríncipe
Sweedsfurste; prins
Tsjeggiesprinc
Turksprens
Walliestywysog